Vale Gier 4, 9 · 3, 8 · 60, 254-420

Broedt in Zuid-Europa, Noord-Afrika en westelijk Centraal-Azië; sommige vogels zijn trekkers en overwinteren in Afrika, andere zijn standvogels

Het is opmerkelijk dat de soort in 1997-2019 vrijwel elk jaar (niet in 2004, 2009 en 2013) in vooral juni werd gezien, vaak in groepen die een nacht bleven om dan vrij snel weer zuidwaarts te vertrekken. De grootste groepen tot 2020 werden in juni 2007 (van 41 en 61 exemplaren) en mei 2017 (60 exemplaren) waargenomen, maar ook die van 18 op 3 juli 2001, 17 op 2 juni 2002, 17 op 21-22 mei 2011, 29 op 14 juni 2015, 35 op 28 juni 2015 en 27 op 20-21 mei 2017 waren indrukwekkend. De zes vogels van 1944 zijn vrijwel zeker met de vanuit het zuiden oprukkende geallieerde legers meegetrokken alvorens er ten minste drie door Engelse militairen werden geschoten. Het gekleurringde (A1) exemplaar dat in 1993 bij Amsterdam, Noord-Holland, werd ontdekt bleek in september 1987 als eerstejaars nabij de Adriatische kust gevangen te zijn. Ten behoeve van een herintroductieproject verbleef hij tot 5 februari 1992 in gevangenschap om vervolgens samen met een vrouwtje te worden losgelaten ten noordwesten van Udine in de Italiaanse Alpen waar beide op 21 april 1992 voor het laatst werden gezien. Het vrouwtje werd op 14 augustus 1992 geschoten in Vorarlberg, Oostenrijk; A1 werd op 9 november 1995 in Slovenië geschoten. Daarnaast zijn er nog meer recente ringgevallen die eveneens interessante geschiedenissen onthulden, met name uit Frankrijk en Spanje. De soort wordt sinds 1 januari 2020 niet meer beoordeeld en is tegenwoordig een regelmatige gast in met name het (late) voorjaar, meestal in groepjes.